Je leert hoe je kunt zorgen voor een natuurgebied en een recreatieterrein met veel groen, zoals een camping, golfbaan of sportveld. Je werkt niet alleen met je handen, maar doet ook onderzoek en leert hoe je omgaat met bezoekers.
Verschil tussen BOL en BBL
Bij Terra kun je een BOL- en BBL-opleiding volgen. BOL staat voor BeroepsOpleidende Leerweg. Bij een BOL-opleiding ben je het grootste deel van de week op school en loop je daarnaast stage om praktijkervaring op te doen. BBL staat voor BeroepsBegeleidende Leerweg. Bij een BBL-opleiding werk je 3 of 4 dagen per week en ga je 1 of 2 dagen per week naar school. Omdat je werkt, krijg je vaak ook salaris van het bedrijf waar je werkt.
Beheer van bossen en natuurgebieden
Je leert alles over het beheer van bossen en natuurgebieden. Daarvoor doe je veel kennis op over flora en fauna, oftewel planten en dieren. Je krijgt bijvoorbeeld les over hoe (cultuur)landschappen en natuurgebieden zijn ontstaan. Ook leer je over de bodem.
Werken met machines en onderzoek doen
Daarnaast leer je goed en veilig werken met allerlei machines. Je kunt tijdens je studie extra certificaten halen voor bosmaaien, motorkettingzagen, maar ook voor basisveiligheid (VCA), BHV en flora en fauna (natuurwet). Verder ontdek je hoe je ecologisch onderzoek doet, hoe je een natuurbeheerplan maakt en hoe je de natuur kunt beschermen.
Recreatie: van onderhoud tot voorlichting
Je verdiept je ook in het reilen en zeilen van een recreatiebedrijf, zoals een vakantiepark of sportterrein. En daar komt meer bij kijken dan (groen)onderhoud. Je leert bijvoorbeeld ook hoe je een educatief programma organiseert of voorlichting geeft.
Dit doe je per jaar
Jaar 1
+
Bij Terra begin je met een basisjaar. Je leert veel over planten, bomen en heesters. Het onderhouden van groen staat in dit jaar centraal. Ontdek hoe je bossen, natuurterreinen, sportvelden en andere groene omgevingen het beste kunt verzorgen. Je kunt vanaf het eerste leerjaar al ‘keuzedelen’ volgen. Je kiest dan zelf waarover je les krijgt.
Jaar 2
+
Jaar 2 is gericht op de aanleg van groen. Je leert hoe je natuurterreinen en recreatieterreinen, zoals natuurspeeltuinen, vakantieparken en sportparken kunt aanleggen. Ook leer je hoe je activiteiten in de natuur organiseert. Je werkt met allerlei verschillende machines en hulpmiddelen. Je kunt tijdens je studie extra certificaten halen voor bosmaaien, motorkettingzagen, maar ook voor basisveiligheid (VCA), BHV en flora en fauna (natuurwet). Je doet examen door opdrachten uit te voeren, waarmee je laat zien wat je hebt geleerd.